Bij deze administratieve inspectie wordt vastgesteld of het basisontwerp (uitgangspuntendocument) voor het brandbeveiligingssysteem voldoet aan de doelstellingen. Bij deze beoordeling wordt onder andere gecontroleerd of het basisontwerp volledig is, er geen tegenstellingen in staan, de doelstelling juist is beschreven, het brandbeveiligingssysteem het juiste niveau waarborgt en of de juiste normen en voorschriften zijn toegepast.
Indien wordt vastgesteld dat hetgeen in het basisontwerp is vastgelegd invulling geeft aan het doel, is er sprake van goedkeur. Bij afkeur zal het basisontwerp moeten worden aangepast en zal een nieuwe beoordeling moeten worden uitgevoerd.
Bij deze inspectie wordt vastgesteld of het brandbeveiligingssysteem voldoet aan de doelstellingen. De inspectie bestaat uit administratieve, visuele en functionele waarnemingen. De inspectie wordt gebaseerd op het beoordeelde basis- en detailontwerp. De bevindingen van de inspectie worden vastgelegd in een inspectierapport met een conclusie en een onderbouwing daarvan. Bij een positieve conclusie wordt een inspectiecertificaat afgegeven.
Het is mogelijk dat er tijdens de initiële inspectie delen niet meer visueel zijn te inspecteren. Deze zaken dienen tijdens de installatie door middel van tusseninspecties te worden beoordeeld.
Bij deze inspectie wordt vastgesteld of het brandbeveiligingssysteem tijdens het gebruik nog steeds voldoet aan de doelstellingen. Net als de initiële inspectie bestaat ook de vervolginspectie uit administratieve, visuele en functionele waarnemingen. De inspectie wordt gebaseerd op het beoordeelde basis- en detailontwerp, waarbij de nadruk ligt op het beheer en onderhoud van het systeem en het gebruik van het bouwwerk. De bevindingen van de inspectie worden vastgelegd in een inspectierapport met een conclusie en een onderbouwing daarvan. Bij een positieve conclusie wordt een inspectiecertificaat afgegeven.
Voordat een inspectie kan worden uitgevoerd moeten de omvang van de inspectie en de uitgangspunten van de te inspecteren beveiliging bekend zijn. De uitgangspunten wordt vastgesteld door de eigenaar/gebruiker van de installatie in samenspraak met het bevoegd gezag. Om een planmatige inspectie mogelijk te maken zal vervolgens door de inspectie instelling een inspectieplan worden opgesteld. In dit inspectieplan wordt vastgelegd welke brandbeveiligingssystemen (conform de opdracht) moeten worden geïnspecteerd, hoe en op welke momenten in de bouwfase die inspectie plaatsvindt en welke uitgangspunten daarbij gehanteerd moeten worden.
Het Inspectieplan inclusief bijlagen wordt gebruikt voor het toetsen van de uitgangspunten, van het detailontwerp, het uitvoeren de initiële inspectie (opleveringsinspectie) en de vervolginspecties (handhaving).
VdS Nederland B.V. richt zich op de in Nederland van toepassing zijnde inspectieschema’s.
VdS Nederland is geaccrediteerd door de Raad van Accreditatie voor het uitvoeren van inspecties voor:
Het CCV-inspectieschema Brandbeveiliging – Inspectie brandbeveiligings-systeem (VBB-BMI/OAI-RBI) op basis van afgeleide doelstellingen
Het CCV-inspectieschema Brandbeveiliging Opslag Gevaarlijke stoffen volgens PGS (BB-PGS)
Het CCV-Inspectieschema Brandbeveiliging Consumentenvuurwerk
Inspecties op basis van Norm conformiteit/“Eigen-methode”