In normale gevallen zijn de hoofdleiding, de verdeelleidingen en de sprinklerleidingen met water gevuld. Er is dan sprake van een zogenaamde ‘natte’ installatie. Deze systemen worden toegepast in normaal verwarmde gebouwen waarin het leidingstelsel niet kan bevriezen.
In een natte installatie wordt water op overdruk gehouden. Dit is om een aantal redenen van belang:
- Als een of meer sprinklers aanspreken daalt de druk. Het water wordt normaal onder overdruk gehouden om ervoor te zorgen dat de sprinklerpomp van de watertoevoer gestart wordt;
- Overdruk houdt onder normale omstandigheden de alarmklep gesloten. Zo kan er geen brandalarm ontstaan;
- Door middel van overdruk kan zo snel mogelijk stroming van water in het leidingnet gedetecteerd worden, bijvoorbeeld door middel van stromingsschakelaars;
- Als bij een beginnende brand een sprinkler aanspreekt, zorgt overdruk er indirect voor dat brand zo snel mogelijk wordt bestreden.
Indien er vorstgevaar is moeten er maatregelen worden getroffen om te voorkomen dat de sprinklerinstallatie kan bevriezen. De maatregelen kunnen bestaan uit het toepassen van een antivriesmiddel, elektrische leidingverwarming of door het toepassen van droge eindgroepen.
« Naar het Brandwiki overzicht