Sprinklers zijn sproeiers die op de sprinklerleidingen zijn aangesloten. Ze zijn voorzien van een spreidplaat en zijn door middel van een klepje afgesloten. Het klepje wordt gesloten gehouden met een hittegevoelig element.
Achtereenvolgens worden de volgende aspecten van een sprinkler toegelicht:
- de aanspreektemperatuur;
- de aanspreeksnelheid;
- de soort en het type hittegevoelig element (de ‘zekering’);
- de spreidplaat;
- de doorlaatopening;
- de mechanische en constructieve uitvoering;
- de typegoedkeuring.
Sprinklers werken bij vooraf vastgestelde temperaturen en sproeien water direct op de onderliggende vuurhaard. Alleen de sprinklers welke direct in de buurt van de brandhaard liggen zullen voldoende worden opgewarmd om in werking te treden.
De belangrijkste functie van een sprinkler is de verspreiding van het water uit de sprinkler en de druppelgrootte. Dit wordt bepaald door de spreidplaat of deflector. Sprinklers die in een sprinklerinstallatie worden toegepast moeten zijn voorzien van een typegoedkeuring.
Er zijn verschillende typen sprinklers:
- Plafond-, ‘Flush’-, verzonken en verborgen sprinklers
- Wandsprinklers
- Flat spray sprinklers
- Spray sprinkler
- Normaalsprinkler
- Droge hangende (Dry-Pendent) en droge wand (Dry-Sidewall) sprinklers
- Control Mode Specific Application (CMSA) sprinkler
- ESFR Sprinkler